Mondelinge literatuur: een Afrikaanse paradox

Op 23 april promoot UNESCO het lezen van boeken en auteursrechten, want dan is het Wereldboekendag. Die datum kozen de Verenigde Naties niet zomaar. Op 23 april stierven Shakespeare, Cervantes en nog enkele schrijvers van wereldformaat. Vandaag richten we onze blik op de Afrikaanse literatuur.

Inge Brinkman werkt als professor Afrikaanse studies aan de universiteit van Gent. Bij haar kan je terecht met vragen over de Afrikaanse literatuur, populaire cultuur, geschiedenis en media. Vooral in Kenia en Angola is ze thuis.

Je bent gespecialiseerd in Afrikaanse literatuur, wat moeten we ons daarbij voorstellen? Waarin verschilt de Afrikaanse literatuur met die in Europa?

Brinkman: “Dé Afrikaanse literatuur bestaat niet. In het Nederlands gebruik je het woord ‘literatuur’ in het enkelvoud, maar voor Afrika gaat dit niet op. Het Anglicisme ‘literaturen’ zou beter op zijn plaats staan, want het enorme Afrikaanse continent biedt een waaier aan literaire tradities, zowel geschreven als mondeling. In de algemene literatuurwetenschap leeft het vooroordeel dat ‘literatuur’ enkel geschreven teksten omvat. Wie Afrikaanse literatuur bestudeert, moet ook aandacht besteden aan mondelinge genres zoals mythen, epen, verhalen, raadsels en spreekwoorden.”

Wat betekent dat concreet?

Brinkman: “Bij mondelinge genres speelt de performance altijd een belangrijk rol. Daarom is de Afrikaanse literatuurwetenschap heel sterk interdisciplinair uitgebouwd. Mondelinge teksten kan je immers niet los zien van drama, muziek of andere performance-elementen. De mondelinge genres zijn niet per definitie traditioneel. De meeste getuigen juist van een sterke dynamiek en passen zich aan aan de actualiteit.”

Hoe ver gaan Afrikaanse geschreven literaire tradities terug in de tijd?

Brinkman: “Het gaat vaak om heel oude, schriftelijke, literaire tradities. Bekend zijn de Egyptische hiëroglyfen, maar denk ook aan het Ge’ez in Ethiopië en Eritrea, het Swahili in Kenia en Tanzania, het Berber in Marokko en Algerije… Door aandacht te besteden aan die eeuwenoude literaire tradities en aan de levendige, moderne literatuur in Afrikaanse talen kunnen we stereotypen over Afrika’s vermeende beperkte literaire productie ontkrachten. Natuurlijk schrijven veel auteurs in het Frans, Engels of Portugees. Door het kolonialisme groeiden die talen uit tot nationale talen in Afrika.”

Leidt dat niet tot spanningen?

Brinkman: “Zeker, er woedt een fel taaldebat. Moet een auteur in een Afrikaanse taal schrijven om tot de Afrikaanse letterkunde te horen of niet? Dat debat reflecteert de erfenis van het kolonialisme. Bovendien zijn Afrikaanse auteurs over het algemeen sterk begaan met de samenleving. De meesten vinden een autonomistische kunstopvatting zoals kunst om de kunst, veel te vrijblijvend. Veel auteurs uiten kritiek op de postkoloniale regimes. Ze vertegenwoordigen de kritische stemmen in het publieke debat en krijgen daardoor te maken met censuur en vervolging.”

Wat is de achtergrond van Afrikaanse schrijvers?

Brinkman: “Veel Afrikaanse auteurs combineren verschillende achtergronden. Ze zijn bijvoorbeeld geboren in een Afrikaans land, studeerden in Europa en werken nu afwisselend in Amerika en Afrika. Door hun migratieachtergrond staan ze dikwijls stil bij de status van de Afrikaanse literatuur. Bestaat die? Zo ja, waarom? Zo niet, waarom niet?”

Hoe zit het met de leesgraad in Afrika. Wie leest de Afrikaanse literatuur?

Brinkman: “Voor wie is Afrikaanse literatuur bedoeld? Voor een Europees-Amerikaans lezerspubliek? Juist omdat veel gebieden in Afrika een hoog percentage aan analfabeten kennen, is dit een belangrijke vraag. Voor mondelinge genres ligt dat natuurlijk anders, maar door allerlei veranderingen verdwijnt de performancefactor van sommige genres stilletjes. De leeslijsten op middelbare scholen proberen titels van Afrikaanse auteurs te promoten, maar toch lezen maar weinig Afrikanen. Zeker als het gaat om werken in het Engels, Frans of Portugees. Soms wordt een boek voorgelezen op de radio of verfilmd voor televisie. Het Internet biedt ook nieuwe mogelijkheden.”

Welke Afrikaanse auteurs kan je ons aanbevelen?

Brinkman: “Gelukkig kan ik honderden Afrikaanse auteurs aanbevelen. En niet enkel kleppers zoals Chinua Achebe of Ngũgĩ wa Thiong’o, of de Nobelprijswinnaars J.M. Coetzee, Nadine Gordimer, Wole Soyinka of Naguib Mahfouz. Een overzicht van de mondelinge en schriftelijke literatuur uit Afrika vindt je in het boek dat ik samen met Mineke Schipper en Daniela Merolla, schreef: ‘Afrikaanse Letterkunde. Tradities, genres, auteurs en ontwikkelingen’.”


De auteurs stellen het boek voor op 17 mei in het Afrika-Studiecentrum in Leiden. Schrijf je hier in als je erbij wil zijn.